Meer natuur om je heen: wat levert dat eigenlijk op?
Een natuurinclusieve visie op gezondheid is geen onnodige luxe, zo blijkt. Maar hoe breng je die natuurinclusieve visie in de praktijk, zeker binnen de zorgsector? Annemarie Bergsma (De Duurzame Verpleegkundige) heeft wel een paar ideeën.
Als je op de website van De Duurzame Verpleegkundige de bio van Annemarie Bergsma bekijkt, valt het je direct op: die heeft niet bepaald stilgezeten. Zo is Bergsma naast haar werk als docent verpleegkunde actief betrokken bij organisaties als Plantje voor Morgen en Coöperatie Leren voor Morgen. Ondertussen zet ze zich als oprichter en voorzitter van De Duurzame Verpleegkundige onvermoeibaar in om één van de meest complexe vraagstukken van deze tijd te beantwoorden: hoe zorg je voor meer verduurzaming in de zorg? Die vraag roept meteen tal van andere vragen op: is het wel echt zo belangrijk dat verduurzaming en vergroening binnen de gezondheidszorg op dit moment meer prioriteit krijgen? En stel dat we daar onze tijd en energie in steken: wat levert het ons op?
Je bent onder andere actief als oprichter en voorzitter van De Duurzame Verpleegkundige. Vanuit welke motivatie is dit initiatief opgericht?
Met De Duurzame Verpleegkundige willen we een bijdrage leveren aan de broodnodige verduurzaming in de zorg. Zo hebben we als doel gesteld dat de impact die het leveren van zorg op het klimaat heeft, moet worden gereduceerd.
Dat zijn niet bepaald de minste doelstellingen. Hoe krijg je dat in de praktijk voor elkaar?
Dat begint met bewustwording en kennis: hoe zorg je ervoor dat je als medewerker in de zorg je werk kunt verrichten op een zo duurzaam mogelijke manier? Welke aspecten van je werk kunnen verduurzaamd worden? Daarom willen we bereiken dat het onderwerp ‘Planetary Health’ een standaard onderdeel wordt van het onderwijscurriculum voor verpleegkundigen en verzorgenden.
Planetary Health, wat houdt dat precies in?
Planetary Health, ook wel Planetaire Gezondheid genoemd, buigt zich over het effect dat ons menselijk handelen heeft op onze natuurlijke omgeving. Dat geldt natuurlijk ook voor het leveren van zorg, wat flink wat CO2-uitstoot en afvalstoffen veroorzaakt. Denk aan de hoeveelheid medicatie die in het afvalwater verdwijnt! Bovendien worden in de zorg worden de nodige grondstoffen verbruikt. Het komt hierop neer: verduurzaming en vergroening van de zorg zijn essentieel voor onze gezondheid. Hoe is onze natuurlijke omgeving eraan toe? Hoe gaat het met ons klimaat? De gezondheid van onze leefomgeving is van invloed op onze eigen gezondheid. Daarom is het zo belangrijk dat medewerkers in de zorg over de benodigde kennis beschikken om die verduurzaming in de praktijk te kunnen brengen: welk effect hebben de keuzes die ze nu maken op het milieu? Hebben ze andere alternatieven tot hun beschikking, zodat die impact kan worden geminimaliseerd? Dat zijn vragen die door Planetary Health nu aan bod komen.
Daarnaast willen we vanuit De Duurzame Verpleegkundige de natuur steeds meer inzetten als ‘verpleegkundige interventie’, voor cliënten, medewerkers en de maatschappij als geheel. Daar zitten mooie kansen, laten we die vooral niet over het hoofd zien! Ik pleit ervoor dat we de nadruk minder op de negatieve kant van het verhaal leggen en meer op het ‘genieten van de natuur’ en de positieve effecten van het beter omgaan met de aarde. Het is een wisselwerking: hoe kunnen wij het goede doen voor de natuur en hoe kunnen wij op een respectvolle manier genieten van alles wat de natuur ons te bieden heeft?
Op welke manieren kun je de natuur zoal inzetten als verpleegkundige interventie? Kun je een voorbeeld geven van het effect dat de natuur daardoor op onze gezondheid heeft?
Heel veel voorbeelden, zelfs! Wanneer we ons in de natuur bevinden, ontspannen we automatisch. Daardoor gaan we makkelijker de interactie aan met onze natuurlijke omgeving: planten, water, dieren en zelfs de mensen die we onderweg tegenkomen. We hebben meer aandacht voor details: we merken het suizen van de wind op, voelen hoe het zonlicht door de bladeren heen op ons gezicht schijnt. Van smaak tot geur en kleur: ineens zijn we ons bewust van al die zintuiglijke indrukken en sensaties.
Stel je vervolgens voor hoe het moet zijn om in een zorginstelling te zitten. Patiënten worden dagelijks geconfronteerd met de pijn in hun lichaam. Die fysieke pijn gaat vaak gepaard met mentale pijn. In de zorg zie je hoe belangrijk het voor deze mensen is om ook al die andere, positieve sensaties te kunnen ervaren. Een natuurlijke omgeving helpt patiënten zich weer méns te gaan voelen. Dan heb ik het niet alleen over het effect op de fysieke en mentale gezondheid, maar ook over de ruimte die de natuur je kan bieden om je te verhouden tot andere vraagstukken, zoals zingeving.
Ik heb met eigen ogen gezien hoe patiënten zich in een natuurlijke omgeving makkelijker durfden open te stellen. Hoe ze ineens begonnen met praten over onderwerpen die hen zwaar vielen, als rouw en verlies. De natuur fungeert dan letterlijk als een ‘healing environment’, een helende omgeving waarin je even tot jezelf kunt komen. Denk aan therapietuinen waar mensen de mogelijkheid hebben om met hun therapeut te praten, hun lichaamsoefeningen te doen of om hun behandelplan met de verpleegkundige te bespreken. Initiatieven als Natuur op Recept zijn daarop gericht.
De natuur inzetten als verpleegkundige interventie klinkt interessant, maar hoe weet je of het ook echt zin heeft?
Er zijn in de wetenschap talloze voorbeelden van het helende effect van de natuur op de mens te vinden. Verschillende onderzoeken hebben bovendien aangetoond dat de aanwezigheid van natuur een belangrijke rol kan spelen in het herstelproces van patiënten. Zo is bijvoorbeeld bewezen dat wanneer patiënten vanuit hun ziekenhuisbed zicht hebben op groen, dit kan leiden tot een verkorting van het aantal ligdagen. Ze blijven dus gemiddeld minder lang bedlegerig wanneer ze planten en ander groen om zich heen zien.
Helaas kan lang niet iedereen op elk moment naar buiten lopen.
Dat klopt. Gelukkig zijn er andere manieren waarop je de natuur een handje kunt laten helpen. Zo worden steeds meer gebouwen voorzien van een glazen dak. Ik kan me goed voorstellen dat als je daar 's avonds omhoog kijkt en de sterrenhemel kunt zien, dit ook wel iets met je doet. Want vergeet niet: ook dat is natuur. De Attention Restoration Theory van Kaplan en de Stress Recovery Theory van Ulrich kun je goed meenemen als je nadenkt over hoe je gebouwen en tuinen inricht.
Je kunt ook binnenskamers het positieve effect van de natuur ervaren. De aanwezigheid van binnenplanten werkt stressverlagend. Het is zelfs bewezen dat het ophangen van natuurposters een positief effect kan hebben, zowel bij patiënten als werknemers in de zorg. Maar ook het afspelen van natuurgeluiden, zoals het geluid van zingende vogels of een kabbelend beekje heeft al zin.
Al die manieren hebben een wetenschappelijk bewezen positief effect op de gezondheid en zijn makkelijk in te zetten om pijn, angst, stress en agitatie te verlichten. Het kan de bloeddruk verlagen. Het risico op postoperatieve trauma’s bij ziekenhuispatiënten daalt er zelfs door. Eén van dit soort onderzoeken heeft zelfs aangetoond dat het kijken van natuurfilms een bloeddrukverlagend effect heeft!
De pijn en ongemak die patiënten ervaren, veroorzaakt ongetwijfeld stress. Ik kan me voorstellen dat zoveel stress ook een gezondheidsrisico kan vormen.
Ja, dat klopt zeker. Er is op dit vlak nog zoveel onontgonnen gebied. We weten al jaren hoe belangrijk groen is voor je geestelijke gezondheid én dat we er nog veel te weinig mee doen. Universitair hoofddocent Jolanda Maas schreef daar al over in haar boek ‘Green Mental Health’. We zouden onze omgeving nog veel meer moeten inzetten om stress en vermoeidheidsklachten tegen te gaan. Als het gaat om vergroenen in de gezondheidszorg, denkt men altijd als eerste aan het welzijn van patiënten en cliënten. Maar vergeet ook de zorgmedewerkers niet! Als je hun welzijn niet meeneemt, houden zij, zeker in deze tijden, weinig energie over om goed voor de ander te kunnen blijven zorgen.
Zouden we de natuur meer moeten inzetten als middel tegen stress en uitputting, ook onder zorgmedewerkers?
Ook ter preventie van oververmoeidheid en ziekte onder zorgpersoneel is het belangrijk dat we aandacht blijven besteden aan het belang van vergroening in de zorg. Maar dat niet alleen: de natuur is intrinsiek goed en positief, ook zonder dat het iets hoeft op te leveren.
Waar kun je het beste beginnen als je als zorgprofessional de vergroening binnen de gezondheidszorg wil bevorderen?
Goede vraag: waar moet je beginnen? Gelukkig bestaan er al initiatieven waar je je gemakkelijk bij kunt aansluiten. Om te beginnen kun je contact opnemen met De Groene Zorg Alliantie. Vanuit De Groene Zorg Alliantie wordt veel samengewerkt met Green Teams.
Wat doen Green Teams precies?
Green Teams brengen duurzaamheid, inclusief vergroening en circulariteit, binnen zorginstellingen onder de aandacht onder de aandacht. Zo'n team informeert, inspireert en activeert medewerkers. Je kunt je aansluiten bij een van die Green Teams om eigenhandig te ontdekken op welke manieren je ‘duurzame zorg’ in de praktijk kunt brengen. Veel Nederlandse zorginstellingen hebben al zo’n Green Team. Mocht jouw zorginstelling nog niet zo’n Team hebben: richt er gerust zelf eentje op. Wees nieuwsgierig! Ga op onderzoek uit, kijk welke mogelijkheden je al tot je beschikking hebt, zowel binnen de zorginstelling als daarbuiten. MINT zorgadvies kan je hier ook bij helpen.
Ik zou iedereen aanraden om gelijkgestemden te zoeken, het liefst op multidisciplinair en transsectoraal niveau. Zo zorg je ervoor dat het duurzaamheidsvraagstuk van alle kanten kan worden belicht. Door je samen met anderen te buigen over thema's als circulariteit, biodiversiteit en duurzaamheid, kom je tot oplossingen die veel meer voordelen opleveren dan je aanvankelijk had kunnen bedenken. Zo’n project hoeft niet uitsluitend te gaan over het duurzaam gebruik van zorgmiddelen of het reduceren van de CO2-uitstoot in de zorg. Je kunt vanuit verschillende disciplines onderzoek doen naar de mogelijkheden om een natuurinclusieve omgeving te creëren. Kijk bijvoorbeeld met je team hoe je het beschikbare groen optimaal kunt inzetten en laat je vooral niet tegenhouden door tegenwerpingen als: “Dat is vast te duur, dat krijgen we nooit voor elkaar.” Zonde! Wie weet verstrekt jouw gemeente allang subsidies om een duurzaamheidsproject als het jouwe te kunnen bekostigen. Er zijn genoeg low-budget manieren om te vergroenen, meer dan je denkt. Er zou zomaar een plantenasiel in jouw buurt kunnen staan. Dat is één van de vele quick wins die er te behalen zijn. Maar ook elders in gemeentes kun je manieren vinden bij te dragen aan het vergroeningsproces. Vraag gerust je wijkbestuur of gemeente om hulp. Laat je vooral niet te snel ontmoedigen, er zijn genoeg laagdrempelige manieren waarop je met vergroenen kunt beginnen!
We hadden het eerder al over therapietuinen, maar ik denk dat er veel meer mooie kansen liggen die we als maatschappij kunnen pakken. Je hoeft geen zorgmedewerker te zijn om hieraan bij te kunnen dragen. Laten we samen zorgen voor meer plekken in de natuur waar mensen even rustig kunnen zitten, of juist aan sport en spel kunnen doen. Plekken waar mensen zichzelf kunnen zijn, of ze nu ruimte nodig hebben om te rouwen, of juist om het leven te vieren. Wat mij betreft mag daar in Nederland ook wel wat meer ruimte voor gemaakt worden. Dat kan prima in de natuur. Ik kan me geen mooiere versiering wensen dan de blaadjes aan de bomen: dat zijn onze levensslingers!
Tegelijkertijd zou ik willen zeggen: kijk voorbij het vergroenen als hoofddoel. Zet je actief in om uiteenlopende doelgroepen bij een project te betrekken. Hoe zorg je ervoor dat iedereen kan meedoen, kun je van jouw project bijvoorbeeld een rolstoelvriendelijke activiteit maken? Doen!
Je kunt verschillende projecten en initiatieven ook samenbrengen. Denk aan projecten waarbij het stukje ‘vergroenen’ als sociale verbinder dient, bijvoorbeeld doordat je samen groenten verbouwt die je later weer kunt gebruiken om een gezamenlijke maaltijd van te bereiden. Maar je kunt ook een deel van het verbouwde voedsel verkopen om van dat geld weer nieuw zaaigoed te kopen. Zulke initiatieven stimuleren de biodiversiteit, wat met het oog op klimaatadaptatie weer een positieve ontwikkeling is. Zo ontstaan gaandeweg steeds meer van die fijne bijkomstigheden die de maatschappij als geheel alleen maar ten goede komen.
Wat is er in jouw ogen nodig om een natuurinclusieve samenleving te kunnen bereiken?
Onlangs heb ik een stuk voor de Volkskrant geschreven. Dat stuk gaat over vroegere noodsituaties en hoe daar in de maatschappij mee werd omgegaan. Het voorbeeld dat ik samen met Emeritus Lector Psychische Gezondheid Jaap van der Stel in dit artikel aanhaal, is dat van een vrijwillige beschermingsdienst die door burgers werd opgericht. Deze Bescherming Bevolking (BB) werd in het leven geroepen om ons te beschermen tegen de dreiging van de Koude Oorlog.
Vanuit historisch oogpunt wil ik onderzoeken hoe we als maatschappij inspiratie uit zulke bewegingen kunnen putten om onze natuurlijke omgeving – en dus onszelf – te kunnen beschermen. Welke rol kan klimaatadaptatie daar bijvoorbeeld in spelen? Maar ook: hoe kunnen we de natuur inzetten om de hedendaagse problematiek aan te pakken? Denk aan toenemende ongelijkheid en armoede, eenzaamheid en andere sociale vraagstukken op globaal niveau. Als we met elkaar zouden werken aan een weerbare en veerkrachtige samenleving, dan zou de natuur daarin een rol moeten spelen.
Als we echt naar een natuurinclusieve samenleving toe willen werken, dan moeten we ons daar allemaal voor inzetten, niet alleen de mensen die zich al bezighouden met vergroening, of alleen mensen in de zorg. Dan zou iedereen moeten bedenken: hoe kan ik hieraan bijdragen? Dat begint al thuis, met je eigen tuintje of balkonnetje. Maar ook in alle lagen van het onderwijs is het belangrijk dat je uitzicht hebt op groen en zelfs onderwijs kunt genieten of les kunt geven ín het groen. Nou, dat zou ik ook wel graag willen!
Ik wil me namelijk niet alleen richten op het vergroenen van zorginstellingen, maar het juist breder trekken: denk aan scholen en kantoren waar mensen bijna meer tijd doorbrengen dan in hun eigen huis. Geef mensen de mogelijkheid om in de buitenlucht te vergaderen. En creëer meer gemeenschappelijke tuinen waarin de biodiversiteit gestimuleerd wordt. Overal zie ik mooie kansen. Maar die kansen kunnen we alleen benutten als we er een prioriteit van maken om onze tijd en energie daarin te steken.
Bovendien zou ik willen voorstellen om de financiën eens flink onder de loep te leggen, zeker ook in de zorg. Waar liggen de prioriteiten op financieel gebied? Waar wordt het geld op dit moment aan besteed en leidt dat wel tot het gewenste effect? Als lid van de Planetary Health Hub NL hebben we op basis van wetenschappelijke en maatschappelijke inzichten een checklist opgesteld. Deze checklist stelt de gezondheid van zowel de mens als onze planeet centraal. Je zou financiële overwegingen kunnen toetsen aan de hand van deze checklist.
Zijn er suggesties die jij zou willen doen, met het oog op dergelijke financiële overwegingen?
Investeer in Planetary Health Training voor (zorg)personeel, met de focus op natuurinclusieve praktijken. Daarnaast moet onze prioriteit verschuiven van 'zorg voor patiënten' naar 'gezondheid voor ons allen'. Dat vereist onder andere een flinke investering in gezondheidseducatie, wat idealiter al begint bij het basisonderwijs. Investeer ook meer in groene omgevingen, zoals aan wandel- en fietspaden die voldoende schaduw bieden.
Ik heb een tijd bij het Leger des Heils gewerkt. We boden daar ook 24-uurszorg aan mensen die dak- of thuisloos zijn. Deze mensen hebben vaak te kampen met verslavingsproblematiek. Daar maakte je soms bijzondere dingen mee. Zo kwam het voor dat een cliënt spontaan, met zijn gitaar in de hand, begon te zingen: "Als de natuur alles is, dan is muziek ook een vorm van natuur." De man had gelijk! De oerknal als de allereerste vorm van muziek: al die geluiden die bij het ontstaan van het heelal – de natuur – vrijkwamen. Ik moet nog geregeld terugdenken aan dat moment waarop mijn collega en ik met z'n tweeën nietsvermoedend in de gang stonden en deze cliënt ter plekke zo’n lief en mooi liedje bedacht. Een spontane serenade aan de natuur!
Laten we vooral niet vergeten dat we als mens net zo goed onderdeel zijn van alles wat we ‘natuur’ noemen. Dat ervaren we het beste wanneer we onszelf bewust omgeven met meer natuur. Zo zien we dat mensen uit gemarginaliseerde groepen in de samenleving extreem veel baat hebben bij een natuurlijke omgeving.
Kun je voorbeelden noemen van een situatie waarin de natuur een positieve invloed bleek te hebben op het welzijn van mensen uit zo’n gemarginaliseerde groep?
Het zijn vaak de bescheiden anekdotes die de meeste indruk op me maken, zoals dit verhaal over een gedetineerde in de VS: na een daguitstapje aan de kassen had hij een zakje mos meegekregen. Terug in zijn cel aangekomen, legde hij het mos in zijn nachtkastje. Elke ochtend opende hij de lade van het nachtkastje om te zien of het mos nog leefde. En dat deed het. Sterker nog: hij zag hoe dit stukje mos, nacht op nacht weggestopt in die donkere lade, al die tijd bleef groeien. Toen hij zag hoe veerkrachtig de natuur zich kan tonen, ook in extreme omstandigheden, begreep hij dat dit ook voor hem gold: dat hij, als levend organisme, niet alleen in staat is om te overleven, maar zelfs kan groeien. Zélfs in opsluiting. Het raakt me als ik hoor dat mensen zelfs uit een klein stukje natuur zoveel kracht en inspiratie kunnen putten.
Het verbaast me dan ook niet dat organisaties als Plantje voor Morgen heel goed blijken te werken. Dit initiatief is erop gericht om gedetineerden in Nederland meer duurzame kansen te bieden, zowel tijdens hun verblijf in de gevangenis als voor hun toekomst. Ik moet denken aan een artikel dat ik las in het kader van mijn eigen onderzoek voor het vergroenen van een gevangenis. Dit artikel ging over een instelling waar niet alleen de gedetineerden, maar ook de zorgmedewerkers binnen die instelling een luchtplantje kregen. Heel inclusief, daar hou ik van. Als je iets doet, doe het dan meteen voor alles en iedereen. Bovendien zie je interessante dingen gebeuren: zo had een gedetineerde diens luchtplantje een naam gegeven. Hij droeg het plantje op een gegeven moment over aan zijn celgenoot: “Zorg jij voor mijn plantje terwijl ik weg ben?”
Als ik het zo hoor, zouden we allemaal met zo’n luchtplantje moeten rondlopen.
Luchtplantjes zijn niet giftig en daardoor uitermate geschikt voor vele doelgroepen. Je kunt ze gerust in zorginstellingen uitdelen, ook aan mensen met dementie. Die kunnen hun luchtplantje overal mee naartoe nemen, in de hand of op de rollator. Maar inderdaad: niet alleen mensen in zorginstellingen of in andere instellingen hebben baat bij meer natuur om zich heen. Ook jij en ik merken hoezeer het ons goed doet om eropuit te gaan. Of je nu een flinke boswandeling maakt of even lekker op een bankje in het park gaat zitten.
Wat is ervoor nodig om ook buiten dergelijke instellingen of de gezondheidszorg een natuurinclusieve samenleving te bewerkstelligen?
Je hebt vast wel eens van het begrip ‘luchten’ gehoord, dit houdt in dat gedetineerden elke dag ten minste zestig minuten per dag in de buitenlucht mogen verblijven. Dit is wettelijk vastgelegd.
Maar onszelf minstens een uur aan de elementen blootstellen: hoe vaak komt dat eigenlijk voor? Bovendien beschikt lang niet iedereen over die mogelijkheid. Veel thuiswonende ouderen en hulpbehoevenden halen die zestig minuten per dag in de buitenlucht vrijwel nooit. Het zou fijn zijn als wij als zorgmedewerkers daar meer aandacht aan kunnen besteden, niet alleen voor onze patiënten, maar voor de gehele maatschappij. Meer in aanraking komen met de elementen en de natuur om ons heen: dat is een investering in ons welzijn en onze fysieke en mentale gezondheid. Eigenlijk zou dat recht op ten minste een uur in buitenlucht verblijven niet alleen voor gedetineerden, maar voor elk mens wettelijk moeten worden vastgelegd. Dat klinkt misschien gek, maar bedenk je: de meesten van ons besteden veel te weinig tijd in de buitenlucht. Ik denk dat zo’n regel onze maatschappij veel goed zou doen.
Je bedoelt dat we het recht om elke dag een uur in de buitenlucht te verblijven voor iedereen in de wet wordt vastgelegd?
Precies, ik zou willen dat je wettelijk gezien het recht hebt om je minstens een uur per dag bloot te stellen aan de buitenlucht en aan het daglicht in het bijzonder. Dat is nodig om gezond te blijven, want daarmee geef je je lichaam de kans om te ontspannen en om zelf voldoende vitamine D aan te maken. Als je in de wintermaanden elke ochtend in het donker naar je werk gaat en na 5 uur weer in het donker naar huis moet zonder tussendoor lang genoeg een luchtje te scheppen, krijg je dat nooit voor elkaar.